AARDBEI (S)
Getuigt met haar 3-lobbige blad van de Drie-Eenheid. Werd in de middeleeuwen
beschouwd als het feestmaal der Zaligen in het Hemelse Paradijs!
ACACIA (B)
Ex. 26:15. Van acaciahout werden planken gemaakt voor de bouw van de Tabernakel.
ACANTHUS (B)
Brief van Aristeas 70. De acanthus komt niet in de Bijbel voor, maar wel
in één van de pseudepigrafen. De gelobde bladeren hebben
model gestaan voor allerlei decoraties in steen, vooral kapitelen. De
Syrische acanthus behoort tot de “doornen en distelen”.
AKELEI (S)
Symboliseert de ootmoed van Maria bij het aanhoren van de Boodschap. Als
de akelei is afgebeeld met 7 bloemblaadjes, duidt het op de 7 gaven van
de Heilige Geest.
ALSEM (B)
(Artemisia L.)
In de Bijbel vaak genoemd i.v.m. bittere tijden. Jer. 23:15,
Amos 5:7 en Klaagl. 3:19 Gebuikt in likeuren! ( In onze tuin: A. abrotanum,
A. vulgaris en A. Absinthiun) Ook Anti-diabolisch.
CHRISTUSOOG
(Prikneus)
Legendeplant: Zou ontstaan zijn uit de tranen van Jezus, toen Hij God
smeekte om de bittere kelk aan Hem voorbij te laten gaan.
BLOEMEN DES VELDS (B)
1 Petrus1:24, Jes. 40:6-8. Zoals klaprozen, kamille, gekroonde ganzebloem,
saliesoorten en nog héél veel meer! Symbolisch voor de kortstondigheid
van het aardse leven en aardse glorie tegenover de eeuwige trouw van het
woord van God. Het is een grote groep kleurige, meest 1-jarige bloemen
of bloemdragende grassen, die in de hitte snel tot bloei komen, maar even
snel weer verwelken. Ook allerlei bolgewassen, die wij allen wel kennen,
zoals tulpen, anemonen, wilde hyacinthen, narcissen, cyclamen, blauwe
druifjes en vogelmelk. Deze bolletjes horen meer onder de leliën
des velds. De echte lelie komt voor op de Karmel, meestal in combinatie
met de gevlekte gouddistel.
CICHOREI (B)
Bijbelse plant, behoort tot de “Bittere kruiden”, die nog
altijd gegeten worden bij het Joodse Paasmaal op de Seider- avond, ter
herinnering aan de Uittocht uit Egypte van de Kinderen Israëls o.l.v.
Mozes. Ook zuring en molsla behoren tot de bittere kruiden.
CISTUS (B)
Genesis 37:25 en Gen. 43:11. Bijbelse naam LOT, vertaald als Ladanum.
Cistus scheidt een harsachtige stof af, die vroeger toegepast werd bij
dysenterie. Tegenwoordig in de parfumindustrie en als wierook in de oosters
orthodoxe kerken. Wordt o.a. verzameld door de sikken van geiten uit te
kammen, als ze er een dag tussen geknabbeld hebben. Herodotus heeft dit
al beschreven!
DILLE (B)
(Anethum graveolens)
Matth. 23:23, Jes. 28:25. De zaden werden gebruikt bij het koken. De Wet
van Mozes schreef tienden voor van het koren, van de olie, van wijn en
van vruchten. De Joodse traditie voegde daar ook gekweekte kruiden aan
toe.
DISTELS (B)
(70 soorten)
Gen.3:17, Jes. 5:6, 7:23 Matth. 13:7. Gebruikt als gesel. Symb. voor de
gevolgen van verwoesting, nalatigheid en verval.
DOMINEE-OP-DE-PREEKSTOEL
Familie van de aronskelk
ENGELTJESETEN en ADAM-EN-EVA-(IN-HET-KOETSJE)
Volksnamen voor DOVENETEL
DRIEKLEURIG VIOOLTJE (S)
Viola tricolor “Drievuldigheidsbloem”. Symbool van de Nederigheid
van Maria.
DUIZENDBLAD
(Achillea millefolium L.)
Legendeplant: Jozef verwondde zich, toen hij Jezus timmerles gaf. Jezus
bedekte de bloedende wond met ‘t blad van deze plant.!! Zeer geneeskrachtig.
Volksnaam in Frankrijk: Herbe du St. Joseph.
In Duitsland: Zimmermannskraut. Op Sacramentsdag
het kruid onderde dorpel leggen, houdt boze machten buiten de deur! Het
aftreksel van de bladeren zou helpen tegen: wonden, gezwellen, maagklachten,
zenuwachtigheid, nier-, lever-, blaas-, borst-, en longziekten, rheumatiek,
roodvonk, krampen, moeilijk tanden krijgen en dan is het nog een schoonheidsmiddel
ook!
ENGELWORTEL
(Angelica\Archangelica)
Al in de 9e eeuw afgebeeld. Zeer geneeskrachtig, vooral de wortel. Werd
o.a. gebruikt tegen de Pest. Olie wordt verwerkt in de benedictine!
GERANIUM PRATENSE (S)
= GODS GENADEKRUID
Werd afgebeeld bij droevige scènes, zoals de Kruisiging. Medicijn
tegen melancholie. Alle geraniumsoorten zijn Gods genadekruid.
GEVLEKTE ARONSKELK
Of Aronsstaf, of Duivelsstokje
Legendeplant: De vlekken op de bladeren zouden ontstaan zijn uit het bloed
van Christus, toen Hij gekruisigd werd. De Aronsstaf zou ontstaan zijn
op de plek, waar de verspieders van Mozes, Jozua en Kaleb, de staf van
Aaron in de grond staken, nadat zij de druiventros eraf gehaald hadden.
Sindsdien symbool van geslaagde oogst.
GODSHEIL OOK: GODSWONDENKRUID
(Brunella vulgaris L.)
Werd gebruikt tegen difterie. In de Elzas heet het St. Antoniuskraut.
Deze heilige was beschermheilige tegen allerlei besmettelijke ziektes,
zoals de pest, difterie en antoniusvuur.
GODSGENADE, GODSGRATIE, GODSHULP OF GODSGAAF
Is de naam van verschillende zeer geneeskrachtige planten: gratiola officinalis,
geranium robertianum, helianthemum chamaecistus, bupleurum, chelidonium,
vincetoxicum en marrubium vulgare.
GOUDSBLOEM (S)
(De bloem van O.L.V. op 25 maart = Mariaboodschap). Aangezien de goudsbloem
het zonlicht volgt, werd ze o.a. een symbool van gehoorzaamheid. In de
middeleeuwen voegde men dikwijls de naam van de Maagd Maria toe aan iets
dat mooi of nuttig was, vandaar de naam Marygold. De goudsbloem was één
van de middeleeuwse symbolen van de H. Maagd. In de kunst staat de goudsbloem
niet alleen symbool voor droefheid en bezorgdheid, maar ook voor rijkdom.
HAZELNOOT
Volgens de legende heeft Maria tijdens een hevig onweer, toen zij op weg
was naar haar nicht Elisabeth, een schuilplaats gevonden onder een hazelaar.
Sindsdien wordt op Maria-visitatie door vrouwen in Tirol een hazelaartakje
boven de deur gehangen. Magische struik!!!
DE HEERLIJKHEID VAN DE LIBANON (B)
(Viburnum tinus = Sneeuwbal)
Het is een lage boom, die in de bossen van de Karmel voorkomt. Jesaja
41:19 en Jesaja 60:13.
HONDSDRAF
Werd vroeger gebruikt bij zweren en wonden. Ook tegen fistels , maar vooral
tegen Pest. Bestanddeel van de zgn. Fistelpot. ANTI-DIABOLISCH
HUISLOOK
(Sempervivum tectorum)
Legendeplant - gifplant; tegen de donder op de daken geplant. Ingrediënt
van de heksenzalf, evenals wolfsmelk, monnikskap, koningsvaren, ijzerhard,
venushaar, zwarte nachtschade, bilzenkruid en doornappel, alle zeer giftig!
JACOBSLADDER (S)
(Polemonium)
Op kribbe-voorstellingen. Symbool voor de verbinding tussen hemel en aarde.
JEZUSOOGKENS, JEZUKESBLOEM,
HEMELSBLOEM EN ONZE-LIEVE-
VROUWE-BLOMMEKENS
Vanwege de blauwe kleur. (Vergeet-mij-nietje)
KAARDEBOL (B)
In de Elzas: Wijwatervat, of Wijwaterborstel.
Behoort tot de bijbelse “doornen en distelen”. Matth. 13:
24-25.
KAASJESKRUID (B)
(Malva Sylvestris L).
Werd gebruikt als groente, net als het blad v.d. stokroos. Smakeloos!
Wordt in vertalingen aangeduid als: “wit van de dooier”. Volksnaam
is Paternosterkruid.
KARTUIZER ANJER (S)
(Dianthus carthusianorum L.)
= Bloem van God. Ook Mariabloem vanwege haar geur. Alle bloemen die lekker
ruiken verwijzen naar de deugden van Maria, volgens de middeleeuwse mens.
KLAPROZEN (B)
Bijbelse bloemen: behoren tot de bloemen des velds, die symbolisch zijn
voor de ver- gankelijkheid van het aardse bestaan en de aardse glorie,
tegenover de eeuwige trouw van het Woord van God. Jesaja 40:6,8 Petrus
1:24-25.
KLIMOP (S)
Symboliseert onvergankelijkheid en trouw. Het leven in Christus dat altijd
groen blijft.
LELIËN DES VELDS (B)
Matth. 6:28-30. Allerlei kleurige bol- en knolgewassen, zoals blauwe druifjes,
rode tulpen, narcissen, anemomen, wilde hyacinten, cyclamen en vogelmelk.
Lucas 12:27.
LELIETJES DER DALEN (S)
Christus-attribuut, Heil der wereld. Men vindt het aan de voeten van het
Christuskind, bij de Madonna en op de “jongste- dag”afbeeldingen,
aan de kant van de rechtvaardigen.
LIEVE VROUWE BEDSTROO
(Asperula Odorata L.)
Legendeplant: Maria deed het kruid in het kribbetje om een zacht bedje
voor Jezus te maken. Anderen zeggen dat Maria er zelf op geslapen heeft
als kind.
LONGKRUID
(Pulmonaria officinalis L.) ook wel: ONZE
LIEVE VROUWENMELK Legendeplant: De vlekken op het blad zijn ontstaan
uit de druppels melk van Maria, die zij morste bij het voeden van Jezus.
MAAGDENPALM
Gewijd aan alle maagden, speciaal aan Maria. Zou ontstaan zijn, toen Jozef
zijn staf in de grond stak op zijn trouwdag. (Tirol).
MADELIEFJE (S)
Mariabloem. Vaak op kribbeafbeeldingen aan de voeten van Maria. Duidt
op haar “goedertierenheid”. Symb. van onvergankelijkheid en
eeuwige liefde.
MARIADISTEL (B)
Bijbelse plant (Doornen en distelen). Tevens Legendeplant: de witte vlekken
op het blad zouden ontstaan zijn uit de melk van Maria bij het voeden
van Jezus.
MIRTE
(Myrtus communis) (B)
Takken werden gebruikt bij feestelijke rituelen. Symb. van Vrede, Vreugde
en Gerechtigheid Nehemis 8:15, Jesaja 41:19, Esther 2:7.
MONNIKSKAP
(Aconitum napellus L.)
Adam-en-Eva (Twenthe en Stellingwerf)
Tijdens de middeleeuwen waren het de heksen en magiers die natuurlijk gebruik maakten van de giftige eigenschappen der plant. Bij hun bezweringen en in de heksenzalf ontbrak nooit de monnikskap.
MUNT (B) (S)
(Mentha longifolia L.)
Vroeger gewijd aan Venus. In de Christelijke symboliek werd de munt het
kruid van Maria, (vanwege de heerlijke geur). Munt groeide in het wild
langs de oevers van de Jordaan.
OLEANDER (B)
Groeit langs de oevers van de Jordaan. Is waarschijnlijk de roos waarover
gesproken wordt in Ecclesiasticus (Jezus Sirach) 39:13. In Italië
beweert men dat de staf van Jozef is gaan bloeien als de oleander. (Legende
van de bloeiende staf van Jozef!).
PAARDEBLOEM (S)
(in Engeland Dandelion naar het Frans: Dent
de lion, in Nederland tegen de Duitse grens aan ook Leeuwetand).
Symbool voor de (leeuwen)moed van Jezus bij zijn Kruisiging. Symbool van
Lijden en Dood in de Christelijke kunst.
PALMBOOMPJE
(Buxus sempervirens)
Met Palmpasen worden takjes van deze struik, na gezegend te zijn, gebruikt
in de “palmhôltjes”optocht, ter herinnering aan de intocht
in Jeruzalem. Weert al het Kwaad!
PASSIEBLOEM (S)
De 3 stempels zijn de nagels, de gespikkelde blauwe dradenkrans de doornenkroon,
de gesteelde stamper de bittere kelk, de 5 meeldraden de 5 wonden, het
3- of 5-lobbige blad de lans en ranken de geselroeden.
PETRUSTRANEN
Symphoricarpus = Sneeuwbes. Legendeplant: Toen Petrus vluchtte
voor de soldaten van Pilatus, verborg hij zich in deze struik. Hij weende
bitter vanwege zijn verraad en de tranen bleven als witte parelen aan
de takken hangen.
RUIT (B)
(Ruta Graveolens L). Luk. 11:42 Keukenkruid en tegen krampen.
De Joodse traditie schrijft het betalen van tienden voor. (Zie ook Dille
en Komijn).
ROZEMARIJN
Werd in de middeleeuwen en nog lang daarna in het sleutelgat gestoken
om de duivel en zijn trawanten buiten te houden. Ook ingrediënt van
de PESTAZIJN. Zou door Maria Magdalena naast het lege graf van Jezus gevonden
zijn.
SALIE (B)
Legendeplant: Tijdens de vlucht naar Egypte zou deze plant uitgegroeid
zijn tot een ware struik om Maria met het Christuskind te verbergen voor
de soldaten van Herodes. Vandaar de grote geneeskrachtige eigenschappen!
Provencaalse legende. Veel salie -soorten groeien in Israël. De salvia
judaïca zou model gestaan hebben voor de joodse kandelaar.
SALOMONSZEGEL
Koning Salomon zou deze plant gebruikt hebben om de rotsen te laten springen,
die hij nodig had voor de bouw van de tempel. Uit dankbaarheid hiervoor
zou hij zijn zegel op de wortel gedrukt hebben. In werkelijkheid zijn
dit de lidtekens van stengels van vorige jaren. Geneeskrachtige plant,
al in de oudheid.
SINT JANSKRUID
( = Jaag-de-duivel-kruid) Heilskruiden waren vaak ook heksen- of duivelskruiden.
Zo ook het St. Janskruid dat buitengewoon veel heilzame krachten bezit,
en in de homeopathie nog altijd gebruikt wordt. Zou ontstaan zijn uit
het bloed van Johannes de Doper en de plekjes in het blad zijn door Herodias
toegebracht, doordat zij de tong, die haar zo vaak vermaande, met haar
haarpin doorboorde.
SLEUTELBLOEM
Primula....legendeplant: Zou ontstaan zijn op de plaats, waar Petrus de
sleutels van de Hemelpoort liet vallen!
STEENBREEK (S) ...”Doet de rotsen splijten”... Getuigt van de Opstanding van Christus.
STINKENDE GOUWE (S)
= Godsheil in de volkstaal. Legendeplant: Ontstond
uit het bloed van de slangenkop, die door de Messias verpletterd werd.
Dat giftige bloed is het oranje sap van de gouwe .
SNEEUWKLOKJE
Mariaplant, omdat hij altijd op Maria- Lichtmis bloeit. Andere namen zijn:
Vastenavondgekje, Vastenavondzotje
en Februarigekje. Volgens de legende was
het de enige bloem die haar kleur aan de sneeuw wilde geven, toen God
alles geschapen had en tot de sneeuw zei, dat hij zich zelf maar een kleur
uit moest zoeken. Daarom is het sneeuwklokje de enige vriend van de sneeuw!
VALERIAAN (B)
(Centranthus L.)
De beste nardusolie kwam uit Tarsus en werd gewonnen uit een bepaald soort
valeriaan. “De zalving in Bethanië” Bijbelse plant.
VALERIAAN
(Valeriana officinalis L.)
Volksnaam: DUVELSDREK De walgelijke reuk en
de stompe wortel zijn ontstaan doordat de Duivel uit woede over de heilzame
werking een stuk van de wortel heeft afgebeten! Gebruikt tegen de pest,
maar ook tegen wilde dieren, b.v. beren die honing wilden stelen uit de
bijenkorf.
VAREN
Paradijsplant. Stamt af van de Vredespalm, waaronder de onzichtbare God
zich voor het eerst geopenbaard zou hebben aan de mens. Met het magische
zaad kon men heksenwerk doen! Wie het bij zich droeg kon zich onzichtbaar
maken en hij kon zonder moe te worden het werk verrichten van wel twintig
mensen!
VERGEET MIJ NIET
VlaamseVolksnamen: JESUKENSBLOEM, ONZE-LIEVE-VROUWE-BLOEMEKENS,
MARIABLOEMKENS, DEZEKENS
en DIEZEKESOOGKENS.
VINGERHOEDSKRUID
(Digitalis purpurea L.)
Volksnaam: Onze-Lieve-Vrouwe-Handschoen of Judasbeurs. Vroeger heksenplant.
VLIER
LEGENDE:
Toen Jezus aan de soldaten ter geseling werd overgeleverd, boden de hogepriesters
en schrifgeleerden hun tuchtroeden (takken v.d. vlier) aan de soldaten
aan, ter geseling van Jezus. Sindsdien laat hij zijn witte bloemen droevig
hangen en ontstaan daaruit bloedige traanbessen. Het werd een kromme,
vervallen struik! Anderen beweren dat Jezus gegeseld werd met takken van
de berk (modderbezems!) of van de wilg, die sindsdien zijn takken laat
hangen en een treurwilg geworden is.
VOGELMELK (B)
Bijbelse naam DUIVEMEST. Benhadad, koning van Aram, had beleg geslagen
rond Samaria. Er ontstond zo’n hongersnood, dat 1/4 maat duivemest
vijf zilverlingen kostte (en een ezelskop 80!).
VIJG (B)
(Ficus)
De vijgeboom is de eerste plant die in de Bijbel met name wordt genoemd.
Vijg + wijnstok: symb. van de vrede (Micha 4:4 en 1 Kon. 10:27). Behoort
tot de 7 Zegeningen, die God het land geschonken heeft. o.a. in Gen. 3
: 6-7, Hooglied 2: 11-13, Job 1: 49, Matt.24:32. Er zijn vroege en late
vijgen. Vele van de late vijgen worden niet meer rijp en blijven dan de
winter aan de boom zitten, als de bladeren afgevallen zijn . Pas in het
volgende voorjaar beginnen ze weer te groeien en te rijpen.
WALNOOT (B) (S)
Hooglied 6:11 In bijbelse tijden werd de walnoot al gekweekt. De noot
was een kostbaar geschenk, maar ook de olie, het looizuur en het hout
waren zeer bruikbaar! In de Christelijke Symboliek was de schil het lichaam
van Christus, de harde dop het kruis en het binnenste zijn goddelijke
natuur.
WEEGBREE (S)
Weegbree is een plantje dat nooit vertrapt kan worden. Het is dan ook
symbool voor standvastigheid in het geloof. In de kunst soms afgebeeld
bij de Heilige Familie als symbool van nederigheid. Werd in de volksgeneeskunst
gebruikt tegen giftige beten.
WOLFSMELK
(Euphorbia lathyris) Wolf = Duivel, dit is dus een duivelsplant. Volksnaam:
DUVELSDREK en ook DUYVELSMELCK,
zie het witte sap! Alle wolfsmelksoorten behoren tot de duivels- en heksenflora.
Vele soorten komen in het wild voor in Israël. (B)
WONDERBOOM (B)
(Ricinus communis L.)
Het is de plant waarover gesproken wordt in Jona 4:6-11. Het eerste begin
van de zaadkiemen bestaat voor 60% uit olie, o.a. voor medische doeleinden.
Tegenwoordig voor smeerolie in de luchtvaart en bij plasticfabricage.
WIJNSTOK (B) (S)
(Vitis vinifera L.)
Behoort tot de 7 Zegeningen, die God het land geschonken heeft. Want de
Here uw God brengt u in een goed land, een land van waterbeken, fonteinen
en diepten, die in dalen en in bergen uitvlieten, een land van tarwe en
gerst en wijnstokken en vijgebomen en granaatappels, een land van olierijke
olijfbomen en van honig. o.a. Deut. 8:7-8 Amos 9:13, Johannes 15:1-2
ZEEPKRUID
(Saponaria officinalis L.)
Zeer giftig! Heksenkruid: gewijd aan Medea, de “schutsvrouw”
van de toverplanten die zij alle kende. Geneesmiddel van Hippocrates.
De wortel werd vroeger al gebruikt om schapewol te wassen, die er wit
en zacht door werd.
ZURING (B)
Exodus 12:8. Behoort tot de BITTERE KRUIDEN, die nog steeds gegeten worden
met ongezuurd brood bij het Joodse Paasfeest. Zie ook Cichorei.